Zolang ik Franse films zie speelt Jean-Louis Trintignant erin. Onopvallend. De minst opvallende acteur ooit. En daarin almaar beter geworden.
De laatste Haneke-film met de snijdend ironische titel 'Happy End' is zo Frans als het maar kan. Waar hem dat in zit? Allereerst in de tirannie van de familie, waarvan Trintignant als 85-jarige, levensmoede industriële magnaat de pater familias speelt en zelfs zijn erfgename Isabelle Huppert onzichtbaar maakt. Het nageslacht verpulvert voor zijn ogen. En hij kan niets meer te doen dan toekijken.
Zelfmoord- en vluchtpogingen volgen elkaar op. Menselijk contact lijkt in deze familie uitgesloten.
Het speelt zich af in het gebied van het spaarzame kustvertier dat nog over is in het industriële Calais, waar de verjaardag wordt in grootse stijl wordt gevierd. Heel klassiek wordt de feestvreugde onderbroken door de gedoodverfde troonopvolger van de dynastie die een groep asielzoekers binnenbrengt.
De oude Trintignant heeft intussen vriendschap gesloten met zijn jonge kleindochter die ook een zelfmoordpoging probeerde. Zij helpt hem aan een waardig einde. 'Mort a la famille.'