Strijdlied

 De aanslagen waren erg. Maar angstaanjagend ook de reacties. Geen vraag naar oorzaken en wat eraan te doen, geen tijd. Het nationale strijdlied werd aangeheven in het Franse parlement. Ten strijde, het vaderland roept. Net als in 1914.

 Vliegtuigen bombardeerden wat voor een vijandelijke hoofdstad doorgaat. Soms waren de bombardementen zinvol, zeker. Nuances zijn overal. De Generaal de Gaulle stoomt op.

 Het is oorlog, zei Hollande George W. Bush na. Even vergetend waar diens 'war on terror' toe had geleid.

 Ik leerde als jonge politicoloog dat een geregeld leger tegen een guerrillabeweging weinig kans maakt. Ze zijn ongrijpbaar, verbergen zich onder de burgerbevolking die ze vaak steunt. Zo ging het in Vietnam, in de Algerijnse oorlog. Zo gaat het in Afghanistan, Irak en Syrië. En nu Frankrijk? Het Franse parlement zong spontaan, staande:

 Te wapen, burgers!

Vormt uw bataljons!

Laten we marcheren, marcheren,

Zodat het onreine bloed

onze voren doordrenkt

  En ik dacht, vooruit maar, weg met het onreine bloed. Daar staan de tot de tanden gewapende bataljons. Gesteund door de Franse driekleur die overal op facebook wappert. Maar waar is de vijand? In Molenbeek? Er wordt druk gezocht.

 Straks komen de straaljagers met hun rood-wit-blauwe rookslierten.