Dick Ket (1902-1940), wiens tekeningen - en wat schilderijen - nu in Arnhem te zien zijn keerde het om. Hij schilderde en tekende zichzelf als hartpatiënt, wat hij van jongsaf was. Hij werd 38 jaar oud, stierf aan z'n hartkwaal in 1940.
Zijn ziekte was afleesbaar aan z'n 'trommelstokvingers' en z'n merkwaardige borstkas. Juist die beeldde hij af.
Buiten kwam hij na z'n dertigste jaar nauwelijks meer, zodat hij ook gekluisterd was aan het zelfportret. Van mijmerend tot spottend, lachend of viool spelend.
Of het stilleven.
Dat werden zijn onderwerpen.
Hij bracht zijn eigen diagnose in beeld. Je kunt het koketteren noemen, er werd wel gezegd dat hij zijn kwaal etaleerde, maar dat is niet aardig.
De ziekte was voor hem een bezit. Waarbij zijn neurotische, aard meespeelde. Hij had oa. claustrofobie, zelfs in de trein - dat kon toen nog - moest een deur open blijven.
Helaas zijn z'n brieven - in Arnhem in vitrines te lezen - niet uitgegeven, wat jammer is, die aan z'n verloofde Nel Schilt zijn sprankelend en geestig. Trouwen durfde hij niet
ps. Intussen krijg ik het uitverkochte Dick Ket-boek van Alied Ottevanger (1995) in handen. Waar veel brieven in staan.