Kop en schotel

 Is het eerste dat mijn blikveld binnenvalt. En me niet meer loslaat. Waarom? Wat wil Christiaan Kuitwaard van me met zijn koppen en schotels? Hij wekt ze tot leven. Hoe?

 Ik ben in Belvedère in Oranjewoud. En denk rondkijkend eerst aan de evenwichtskunstenaar Mondriaan. En aan de karakters,  de vazen en potten bij Moran­di.

 Kuitwaard is bezig met wat vooraf gaat aan evenwicht. Het van alle kanten bekijken en belichten, oppakken en weer neerzetten.

 Waar zit het drama? In koppen en schotels. Geschilderd onder alle mogelijke belichtingen en hoeken. Van allerlei afstanden, in licht en donker.

 Hoe meer je er naar kijkt, hoe meer ze gaan bewe­gen. Ik herinner me de keren dat mijn blik gedachteloos bleef hangen aan een voorwerp, ik verdroomde. Hoe gaat dat? Je knippert met je ogen. Kijkt van opzij. Doet een stapje achteruit, loopt er omheen. Blikwisselingen. Dan schuift de zon achter een wolk.

 Kuitwaard geeft dat weer met vervagingen door sfuma­to en verhelderingen, waardoor de koppen en schotels wijken en naderen. 

 Met iedere stap die je zet verandert de wereld. Er zijn op de expositie ook omzwervingen naar bijvoorbeeld sneeuwlandschappen met bomen met lange schaduwen, het lijken me omtrekkende bewegingen.

 De koppen en schotels zijn vaak in lichte tinten geschilderd, waardoor ze leven. Dichter bij dan kop en schotel kun je hier niet komen.

 In de catalogus praat Gijsbert van der Wal uitvoerig en verhelderend over Kuitwaards werkwijze.