Koning der Belgen

 België, het vaderland van het surrealisme. Je belandt in King of the Belgians al vlug in de wereld van Hergé en Magritte. Maar ontdekt gaandeweg ook de ernst van Hergé. De ernst van het surrealisme. De ernst van King of the Belgians.

 Door omstandigheden raakt de koning met zijn gevolg geïsoleerd in Istanboel, waar een film over hem gemaakt wordt. Geen vliegtuigen, geen telecommunicatie als gevolg van een zonnestorm. Dan komt het bericht dat Wallonië zich heeft afgescheiden. Ze hebben genoeg van de bemoeizucht van de humorloze Vlamingen. En dat in een Vlaamse film. De koning moet dringend het volk gaan toespreken. Maar hoe komt hij in Brussel? De Turken willen hem tegenhouden. Volgt een vluchtpoging, incognito, per auto. 

 De Balkan is al door Hergé getekend, de filmers volgen hem. Een grenspost in Montenegro komt zo uit de Scepter van Ottokar en Syldavië. Heel de film zou zonder Hergé niet gemaakt kunnen zijn. Een sleutel is dat de nobele koning van Syldavië ook zo lijkt op Filip, bijgenaamd Flupke.

 En zo kom je bij de ernst van België. De ernst en de charme van het Belgisch surrealisme. Gelijkop met de zelfontdekking van de koning. Eerst vlucht hij zelfs vermomd als een Bulgaarse zangeres, vrij naar de verkleedpartijen van Jansen en Jansens.

 Maar er zijn ernstige overwegingen tussendoor, over het verschil tussen Vlamingen en Walen - de Duitsers versus de Italianen van Europa - en het leven binnen een protocol. En het slot is prachtig. Waarom bestaat België? 'Omdat ik de koning ben.' Filip, een duidelijke bron van inspiratie, kan het hem nazeggen.